Print deze werkafspraak

6. Ischemisch hartlijden (acuut coronair syndroom)

Behandeling eerste lijn Acuut

  • Ingeval van acuut coronair syndroom (acuut myocardinfarct en instabiele AP met op dat moment) klachten: meteen ambulance bellen en zo mogelijk direct huisbezoek.
  • Indien de huisarts aanwezig is, houdt deze de regie tot ambulance personeel er is en start de volgende behandeling:
    • nitraat sl, bij aanhoudende pijn iedere vijf minuten herhalen (tenzij RR syst < 90, pols < 50)
    • zo mogelijk waaknaald inbrengen
    • bij aanhoudende pijn 5-10 mg morfine langzaam i.v. of 50 microgram fentanyl. geef oplaaddosis ascal 160-300 mg oraal
    • geef bij bradycardie (< 50/min) en dalende tensie 0.5 mg atropine i.v;
    • indien beschikbaar O2 bij cyanose/dyspnoe.
  • Ambulancepersoneel maakt ECG.
  • Ambulance overlegt n.a.v. de uitkomsten van het ECG met de cardioloog en/of huisarts voor vervolgstappen.
  • Indien ST–elevaties wordt gekozen voor verwijzing interventiecentrum (CIC) van ZorgSaam.
  • Huisarts of ambulance belt z.n. cardioloog om de komst van de patiënt aan te kondigen.

Terugverwijzing naar de eerste lijn

Terugverwijzing naar huisarts voor secundaire preventie

  • Medicatie door cardioloog is ingesteld.
  • Geen rest-ischemie die leidt tot angineuze klachten NYHA klasse 2-3
  • Linker ventrikel injectiefractie is > 40 %
  • Alle patiënten die een event gehad hebben, krijgen 3 maanden na een event nogmaals contact met de poli cardiologie. Daarna gaan de meesten definitief met ontslag van poli cardiologie, en gaan terug naar 1e lijn.
  • Geen complexe ritmestoornissen (chronisch atriumfibrileren is geen complexe ritmestoornis)
  • In principe zal iedere patiënt die reeds bij de huisarts bekend was vanwege primaire preventie, nu secundaire preventie krijgen bij de eigen huisarts startend binnen een maand na een event of na beëindiging van de acute fase behandeling door de specialist.
  • Cardioloog informeert patiënt m.b.t de terugverwijzing, en motiveert de patiënt tot controle afspraak bij de huisarts 3 mnd na laatste controle bij de cardioloog.
  • Iedere patiënt die jaarlijks op controle komt bij de cardioloog voor specifieke zorg, zal voor de secundaire preventie binnen de CVRM DBC van de huisarts blijven, tenzij er na overleg met de huisarts meerwaarde is voor preventie zorg in de 2e lijn.

Informatieoverdracht naar de eerste lijn

Na het laatste polikliniekbezoek door de cardioloog ontvangt de huisarts de  ontslagbrief met daarin:

  • Bloeddruk, glucose en lipidenwaarden;
  • de diagnose, de verrichte behandeling, belangrijke nevendiagnosen en het verwachte beloop.
  • de resultaten van de cardiovasculaire risico-inventarisatie (inclusief uitgebreidheid en ernst van de resterende biochemie); een overzicht van de medicatie en de gebruiksduur.
  • Tevens een advies voor de controles bij NOAC gebruik
  • eventuele gebleken intoleranties voor medicatie/ stopreden.

Resultaat eventuele hartrevalidatie aan het einde van het traject volgt via een aparte brief.

Bronnen, Auteurs en Revisiedatum

Bronnen

1.

NHG Standaard 2019: Stabiele angina pectoris


Auteurs

ZorgSaam: Dr. G. Vermeiren
Nucleuszorg: Dr. P. de Keijser, Experteam CVRM

Feedback geven?

Heeft u een vraag of opmerking over deze RTA? Stuur dan een e-mail naar beheer RTA ZVL.

Revisiedatum

2026